Afslanken

Veel mensen lijden aan een te hoog gewicht.: sommige onder hen eten veel, andere opvallend weinig. Er wordt gezegd dat de ze mensen de aangeboren neiging hebben meer vet aan te maken dan ze nodig hebben. Waarom maken deze mensen extra vet aan ? Gebleken is dat veel mensen niet in de mogelijkheid verkeren om (bepaalde) gifstoffen uit te scheiden of onvoldoende uit te scheiden of te neutraliseren. Deze gifstoffen kunnen afkomstig zijn uit de voeding of uit het vervuilde milieu. Ze kunnen ontstaan tijdens de vertering of stofwisseling, maar ook in ogenblikken van stress, angst of psychische spanningen. In hoge concentratie kunnen deze stoffen schadelijk zijn. Het menselijk organisme tracht deze gifstoffen onschadelijk te maken door ze in vetdepots op te slaan. Hoe meer gifstoffen in het lichaam achterblijven, des te meer vet zal er gevormd worden. Daardoor is het te begrijpen dat na een afslankingsdieet men snel weer vet aanzet omdat het organisme zichzelf wenst te beveiligen. Dit veiligheidsmechanisme geeft aan het hongercentrum het signaal meer te eten om zo voldoende vet binnen te krijgen. Is er onvoldoende aanwezig, dan zal het organisme een andere oplossing zoeken door de gifstoffen zolang mogelijk in oplossing te houden. Daarvoor is het nodig DAT ER VEEL VOCHT WORDT VASTGEHOUDEN.

Zowel vet- als vochtophoping zorgen ervoor dat de gifstoffen geen invloed kunnen hebben op het menselijk lichaam m.a.w. dat er geen vergiftiging optreedt.

De aanleg tot het onvermogen om gifstoffen te neutraliseren of uit te scheiden, is waarschijnlijk genetisch bepaald, dus aangeboren.

Conclusie: AFSLANKEN IS OP DE EERSTE PLAATS ONTGIFTEN